Afgelopen nacht vonden we de camping die open is in de winter rond Dalvík niet. We hadden het juiste adres niet en google maps was niet echt bekend in de bergen rond Dalvík. Dus zijn we maar op de gesloten zomercamping van Dalvík gaan staan. Tegenwoordig mag je in Ijsland niet zomaar meer langs de kant van de weg je tent opzetten of met je camper gaan staan voor de nacht. Je moet echt op een campingground staan. Maar als deze gesloten is, mag dat nog altijd. Alleen heb je dan geen toilet, douche of stromend water… Gelukkig was er een tankstation in de buurt.
Die ochtend moesten we al heel vroeg op en zagen we dus een prachtige zonsopgang!
En we moesten vroeg op omdat… We gingen walvisvaren! Dalvík is een stadje dat er erg om bekend staat dat je in de baai vaak walvissen kan spotten. Je krijgt zelf een 99% garantie. En ja hoor, wij hebben er ook gezien!
Kotsmisselijk was ik op de boot… En het was echt heel koud, ondanks de dikke pakken die we kregen om over onze jassen aan te trekken. Maat Het Lief was helemaal onder de indruk van de walvissen (en ik ook hoor!), dus was het zeker de moeite waard!
Daarna probeerden we nog 15minuten om met de hengels wat vis te vangen, maar helaas hapte er maar ééntje toe…
Ze haalden de lens uit het oog van de vis en door dat plakkerige cirkeltje zie je gewoon de wereld op z’n kop.
Daarna gingen we nog langs de turfhuisjes te Glaumbaer. Zowat onze enige culture stop, haha! Maar wel leuk om te zien! Je kan er ook binnen, daar zit een museum. Maar dat hebben we niet gedaan.
Hierna moesten we nog een hele tijd rijden, dus zocht en vond ik een wandeling op Hrutey Island om even de benen tussendoor te strekken. Hier zagen we veel wilde vogels, maar die heb ik helaas niet op de gevoelige plaat kunnen vastleggen. Daar waren ze wat te snel voor! En hierna was het weeral tijd om een camping te gaan zoeken!